OK
×
Actievoerder
Pieter Ottevanger

Steun ons bij het helpen van vluchtelingen op Lesbos

Kalimera, Sabal Gher, Good Morning, Goeiemorgen!

Dit is iedere dag het teken dat er ontbijt is voor de bewoners van Kara Tepe...

Kara Tepe is de tijdelijke CampUs op Lesbos waar iedere week nog steeds honderden vluchtelingen uit Syrie, Afghanistan Iran en Irak aankomen. Families met kinderen die zijn gevlucht uit hun thuisland vanwege conflict, natuurrampen of oorlog.

#nietlullenmaarpoetsen

Wij - Caroline, Marjolijn, Julie, Sophie, Joli, Els, Jojanneke en Pieter - gaan deze mensen een week helpen op Lesbos via de organisatie Because We Carry. 

Dat doen we door iedere dag 1.000 voedzame en gezonde ontbijtmaaltijden verzorgen en rond te brengen. We helpen bij het Laugh & Learn programma voor kinderen tussen de 2 en 6 jaar. Die gaan nog niet naar de tijdelijke school op Kara Tepe maar hiermee is er wel dagelijks een veilige plek voor ze waar ze kind kunnen zijn. Daarnaast zijn er ook nog de andere activiteiten waar we kunnen bijdragen zoals de Mens & Boys barbershop, Women & Girls Beauty Salon, Creative Classes, een Timmer Work Shop en Sportles voor tieners.

Because we Carry doet ook grotere speciale projecten zoals het bouwen en onderhouden van een centraal community centrum, verzamelen en uitdelen van schoenen, ondergoed, winterjassen en baby-carriers. Uit het laatst genoemde project komt de naam van de organisatie: Because we Carry.

 

Het CampUs dorp Kara Tepe bestaat voor 90% uit gezinnen waarvan bijna de helft kind is. Kara Tepe is daarmee een plek waar de meest kwetsbaren terecht komen. Deze kwetsbare gezinnen willen we helpen. Door er samen met andere vrijwilligers voor te zorgen dat ze hier een goede start krijgen. Een goede start waarmee ze misschien al een eerste stukje van hun trauma achter zich kunnen laten op weg naar hun nieuwe leven.

Al deze activiteiten kosten natuurlijk geld, daarom is ons doel om minimaal €10.000 in te zamelen. Dat is wat er wekelijks minimaal nodig is voor al het voedsel en de projecten.

Onze tickets, het andere vervoer en verblijf op Lesbos nemen we zelf voor onze rekening zodat er 100% van de opgehaalde donaties rechtstreeks naar de mensen van Kara Tepe gaan.

We hebben jouw steun daar heel hard bij nodig! Help ons met een donatie om de toekomst van de gezinnen weer zin te geven. Dit kan groot of klein, want echt elke euro telt.


Dankjewel!

Caroline, Marjolijn, Julie, Sophie, Joli, Els, Jojanneke en Pieter.

Pieter Ottevanger
21-12-2018 17:38
Het Lesvos-avontuur van Team 165

Lieve donateurs,

Duizendmaal dank voor jullie donaties! Groot en klein, elk beetje heeft geholpen om het streefbedrag van EUR 8.000 op te halen. We hebben met onze groep in totaal ruim EUR 10.000 opgehaald. En dat mede dankzij jou, dus namens ons allen: DANK! Of zoals we in Kara Tepe zeiden: efcharisto!

Het was een week om nooit te vergeten. De lieve mensen daar, hun dankbaarheid, de energie en de harde realiteit heeft ons een unieke ervaring bezorgd. Waar te beginnen als je zoiets bijzonders hebt meegemaakt? Het is een wirwar aan gebeurtenissen en indrukken. Toch proberen we jullie hierbij een korte indruk te geven van ons avontuur. Lang verhaal kort; er moet nog heel veel gebeuren op Lesvos. Er leven duizenden vluchtelingen (mannen, vrouwen, kinderen, complete families maar ook alleenstaanden, normale, opgeleide (niet dat dat er toe doet) mensen) in onmenselijke omstandigheden. Gevlucht voor oorlog, omdat soms hun familie is uitgemoord en in de hoop op een beter leven. Wij merken dat weinig mensen in onze omgeving (inclusief onszelf, tot voor kort geleden) zich echt realiseren wat er gaande is. Ook de media geven het onderwerp Lesvos weinig aandacht meer. Dit is onterecht. Een schande, het gebeurt in our own backyard en er zijn veel handen nodig. Zo simpel is het. Wij hebben ons geen moment onveilig gevoeld. Het is het meest dankbare werk dat je kunt doen. Dus stroop je mouwen op, spoor anderen aan (jongeren die een gap year willen doen bijvoorbeeld) en steek je handen uit de mouwen. Bedenk even als de rollen omgekeerd waren. Juist.

Oke. Wat hebben wij gedaan? Because We Carry, de Nederlandse stichting waar wij ons hadden aangemeld, houdt vooral het kamp in Kara Tepe (KT) draaiende. Dit is één van de twee grote vluchtelingenkampen op Lesvos. BWC zorgt voor het ontbijt (en wat extra eten) in KT voor ongeveer 1200 man. Dat is waar je het geld voor hebt ingezameld. Rekensom; dat is dus ongeveer 6,5 euro per persoon per week. In KT is alles behoorlijk goed geregeld. Het is een kamp voor de zwakkeren, dus vaak families (veel vrouwen) met kinderen of baby’s. Zij zitten met elkaar in een isobox, dat is een container van ongeveer 3 bij 5. Bij aankomst krijgen ze een welkomstpakket met een first aid kit, luizenkam, zeep, thermoskan, borden en bestek. Potten en pannen worden door een andere organisatie verschaft. Zo kunnen de bewoners dus zelf koken. Ontbijt wordt ’s ochtends naar de isobox gebracht. Er is een keuken in een aparte container met allerlei gaspitjes waar de vrouwen ‘s avonds koken (alles in KT zit in containers). Verder heeft het kamp wc’s, doucheruimtes, watertaps, een chai punt (waar thee gedronken wordt – met heel heel veel suiker), een yurt (soort amfitheater) waar gesport wordt, yoga gegeven wordt en waar de kinder- en de vrouwendisco is, of soms een optreden. Verder zijn er scholen gebouwd en er is inmiddels zelfs een kapper. BWC heeft een grote foodtruck op het terrein waar eten in de koeling ligt en een grote wasbak is, een groot aanrecht en elektriciteit. Er is ook een storage container, hierin zit van alles opgeslagen wat nodig kan zijn op het kamp. Kortom; het is een soort dorp. Mensen hebben soms een tuintje gemaakt bij hun isobox of een waslijn.

Er zijn veel mensen uit het kamp zelf (residents/bewoners) die zich ook als vrijwilliger bij BWC hebben aangemeld. Wat moet je anders de hele dag. Hier werkten we nauw mee samen. Elke ochtend verzamelden wij met deze vrijwilligers om half 8 bij de food truck. Het eten wordt geleverd door lokale ondernemers, zodat die economie ook gesponsord wordt. Veel eten wordt ter plekke ‘s ochtends geleverd. Vervolgens maakten we een treintje en vulden we honderden pakketten met eten. Dit verdeelden we over 12 bolderkarren. KT is opgedeeld in 6 gebieden en elk gebied heeft 2 karren. Eén met pakketjes met groente en de andere met bananen en brood. Elke dag krijgen de bewoners wat anders, maar altijd bananen en brood (stokbrood/naan/croissants). Verder een groente die varieert per dag (tomaat/ui/groene peper/komkommer/aubergine). Vaak La Vache Qui Rit erbij en 1x per week een potje babyvoedsel en honing. Dus, één isobox met acht personen krijgt bijvoorbeeld ’s ochtends acht bananen, brood voor acht mensen en twee pakketjes groente. Dit is het ontbijt en ingrediënten voor later. Lunch en avondeten wordt verder door een andere organisatie verzorgd.

Dit ontbijt deelden we per gebied uit. De residents kennen KT inmiddels op hun duimpje en maken er een wedstrijd van wie als eerste klaar is. Jij loopt er dan achteraan met je clipboard waarop je moet bijhouden wie er thuis is en wie niet. In het begin voel je je een enorm juffie die de boel eens even komt controleren, aan het eind van de week draai je helemaal mee. Je bonst op de isobox. “Salaam aleikum, kali mera, good morning!” Na wat gestommel doet dan een halfslapende man of vrouw open en neemt het ontbijt aan. Vrouwen die hun hoofddoek nog niet op hebben steken alleen hun handen naar buiten. Kinderen drentelen al rondom de isobox. Vrouwen die zwanger zijn of borstvoeding geven krijgen 10 amandelnoten per persoon (hierin zit voliumzuur). Dit werd natuurlijk gewoon goeie hand vol.

Na het ontbijt dronken we thee met de residents die ons hielpen (wij hadden speculaas en stroopwafels meegenomen), kletsten wat en dan was het tijd voor de activiteiten. Normaliter was dit sport in de yurt (gegeven door een resident die de zwarte band heeft met kungfu en het zeer serieus neemt), daarna yoga voor vrouwen en daarna speelkwartier voor de kinderen. De kinderen zijn overigens een stel losgeslagen bengels. Ze rennen vaak zonder ouders rond in het kamp. Ze willen allemaal je aandacht, vliegen elkaar om het minste of geringste in de haren en zijn heel aanhankelijk. Dit is niet zo gek gezien hun leefomstandigheden en wat ze allemaal hebben meegemaakt. Dat is lastig orde houden. Of eigenlijk helemaal niet. Ondertussen zijn er nogal wat zwerfhonden en één daarvan, Arthur, maakte het leven zuur van de bewoners en vooral de kinderen (en ook ons). Het is eigenlijk een hele lieve speelse hond maar die kinderen dagen hem steeds uit en dan wordt hij agressief. Dus hij valt kinderen aan en die gooien dan weer met stenen en zo ontstaat er één grote heksenketel.

Verder is er net een barbershop geopend die ook in de gaten moest worden gehouden. Een aantal residents die kapper zijn van beroep knippen daar (gratis) hun mede-residents. Afspraken worden bijgehouden in een boek en inmiddels is er een week wachttijd. Vaders komen met hun zonen voor een familie behandeling. Allemaal mooi opgeschoren van onder en de zijkant. Als je de omgeving niet zou zien, waan je je bij een Amsterdamse hipsterkapper. Ook is er een beautysalon voor de vrouwen, waar ze hun nagels en haar kunnen laten doen.

Onze week was wat speciaal. We bevonden ons namelijk in het midden van de winterdistributie. Dit betekent dat alle bewoners in KT en Moria (het andere kamp) een winterjas krijgen en de kinderen ook winterschoenen. Eerst wat meer info over Moria. Dit is het kamp waar iedereen die aankomt op Lesvos begint. De toestroom is vele malen groter dan de uitstroom met als gevolg dat het kamp overvol is (er arriveren nog elke week boten met mensen). Binnen Moria zitten ongeveer 5.500 mensen, buiten het kamp (in Olive Grove – waarover later meer) nog eens 1.500, terwijl het kamp is gebouwd voor 2000 (let op: in KT zitten er “slechts” 1200).

KT is een 5-sterren hotel vergeleken met Moria. In Moria staan de isoboxen op en aan elkaar, overal waar het maar kan staan zelfgecreëerde tenten tussen, het is een groot doolhof met kruipdoor-sluipdoor-weggetjes en prikkeldraad en beveiligers. Mensen moeten in de rij staan om eten te halen, dit heet de Foodline. Die rijen zijn zo groot dat mensen al ’s nachts in de rij gaan staan. Omdat de kwetsbare groepen in KT zitten, blijven er in Moria vooral (alleenstaande – daarmee bedoel ik zonder aanwezige familie) mannen over. Dat klinkt eng, maar het is ons alles meegevallen. We hebben ons er geen moment onveilig gevoeld. Dit kwam ook omdat we ook hier met residents uit het kamp werkten. De situatie in Moria is zo erg (vies en vol) dat mensen uit het kamp hun tent hebben opgezet op een berg naast het kamp. Dit gebied heet Olive Grove, en het ergste deel daarvan heet in de volksmond de “jungle”. Waar ik tent zei bedoel ik aan elkaar getapete slaapzakken, dekens, pallets en plastic zijlen. Hele kampementen zijn hier gefabriceerd. Ook wc’s zijn zelf gebouwd. Je ziet het verschil niet tussen een wc en een tent. Dit is echt mensonterend. Kinderen rennen rond op slippers en een shirt, terwijl het regent en vijf graden is. Overal worden vuurtjes gestookt rondom oude verlaten tenten, om warm te blijven.

In Moria hebben wij plastic armbandjes uitgedeeld voor de winterjassendistributie. Het kamp was opgedeeld in gebieden en elk gebied is gekoppeld aan een kleur armband. De rode armbandjes mochten op zondag hun jas halen, de gele op maandag, enzovoort. Dit om te voorkomen dat 7000 man tegelijk komen vechten om een jas. We zijn allemaal in koppels (samen met een resident) door de gebieden getrokken. Dat was handig voor het vertalen naar het Frans (Afrikanen), Farsi (Afghanen) of Arabisch (Irak, Syrie). Maar die residents spreken natuurlijk ook niet al die talen dus veelal kwam het neer op een soort hints: “Jacket, you, tomorrow. You know tomorrow?” Wijzen naar plek waar de jassen worden uitgedeeld. Ondertussen krijgen de andere tenten lucht van dat er wat wordt uitgedeeld. “My friend, my friend!”, klinkt het constant. Iedereen wil je meenemen naar hun tent. Ondertussen moet je bijhouden bij welke tent je bent geweest (“links van de boom met groene deken”), hoeveel mensen er wonen en hoeveel bandjes je hebt uitgedeeld. Dit moest allemaal heel precies. Het bandje moet om de rechterhand, en je moet ze echt ter plekke omdoen en niet slechts meegeven, want dan loop je het risico dat mensen meerdere kleuren sparen (en zo meerdere jassen).

De jassen worden as we speak door het nieuwe team uitgedeeld. Het voelt echt goed dat we daar ons steentje aan hebben bijgedragen.
Het was bijzonder om te zien dat de mensen in Moria zo vriendelijk en positief zijn, ondanks de (soms letterlijke) shit waar ze in leven. We kwamen tenten tegen die van buiten gezien van ellende uit elkaar vielen en van binnen spik en span waren. Ze proberen er wat van te maken en zijn blij om een praatje met je te maken. Het drukt je met de neus op de feiten. Problemen van thuis lijken geen problemen meer. Als deze mensen bereid zijn in deze shit te leven, hoe erg moet hun thuissituatie dan wel niet zijn?

Verder hebben we veel geholpen in het warehouse van BWC en Movement on the Ground (een vergelijkbare stichting die veel werk verricht in Moria en nauw samen werkt met BWC). Zij gebruiken dezelfde opslag. Deze opslag staat vol met talloze spullen, die de afgelopen jaren zijn gedoneerd door bedrijven en particulieren. Slippers, schoenen, jassen, shirts, truien, broeken, bugaboos, opladers, en ga zo maar door. In onze week werd alles van de oude opslag naar de nieuwe (grotere en meer centrale) opslag vervoerd. Dit was een enorme klus en best chaotisch. Denk aan honderden oude, zware, soms door ouderdom rotte dozen (waarvan de inhoud overigens nog top is) van twee stichtingen die van A naar B moeten met één vrachtwagen, waarvan elke stichting op een ander moment iets nodig heeft. De chaos en het feit dat er van alles op hetzelfde moment gebeurt vergt het nodige aanpassingsvermogen en flexibiliteit. Met onze auto’s crossten we kriskras over het eiland om bijvoorbeeld nu eens 200 thermosflessen ergens op te halen, en dan weer 2000 poncho’s, of 20 rollen tape om de kapotte dozen te maken. Er gebeurt zo veel op een dag op Lesvos dat de planning vaak wordt omgegooid. Dit is ook afhankelijk van het weer. Eigenlijk is dat best prettig werken, je doet gewoon wat je moet doen en waar op dat moment behoefte aan is. Laten we zeggen; never a dull moment!

De vrijwilligers met wie we hebben gewerkt hebben we echt in ons hart gesloten. Zo heb je Marwan, een jongen uit Syrië van 29 die ons op dag één heeft meegenomen naar Life Jacket Graveyard, een plek in het noorden van Lesvos waar alle reddingsvesten en resten van boten op een grote hoop liggen, zo ver je kunt zien. Dit is zo indrukwekkend, woorden schieten tekort. Hij vertelde over zijn overtocht op 28 maart, ‘s avonds om 22:00 uur, een tocht van twee uur in de stromende regen. Iedereen heeft het gered. Ze betalen rond de 1.000 euro per persoon voor zo’n plek. In Turkije duwt iemand ze van de kant, wijst naar een lichtje in de verte en zegt dat je daar naar toe moet. Good luck en je zoekt het maar uit. Marwan coacht het kindervoetbalelftal van de kampen en helpt veel mee met het ontbijt en in de opslag. Een gouden (en knappe!) vent.
Dan heb je Adil, een jonge gozer uit Syrië met een playmobil-kapsel die zijn familie kwijt is of verloren heeft. Hij wil er niet over praten. Hij zette zich overal voor in, het ontbijt, de warehouse, de kinderdisco of als de elektriciteit was uitgevallen. Alles om maar niet alleen te hoeven zijn. Zo’n lieve, goeie gozer.
Aboudi, een jongen van 18 uit Irak die met zijn zussen en broer in een isobox woont. Hij liep altijd te geinen en op te scheppen. De jongste van het stel. Toen we weg gingen heeft hij speciaal nog wat gezegd en ons bedankt voor onze inzet en benadrukt dat ze het zo waarderen dat wij die kant op komen en zo veel geld inzamelen. Tranentrekkend.
Shalan, een jongen van 18 (die eruit ziet als 30) die altijd bij het sporten was, een enorme adhd’er en altijd in de weer met de kinderen.
En nog vele, vele anderen. Toen ik Adil een laatste knuffel gaf zei ik; Adil wat moet ik zonder jou, I need you man! En toen zei hij ernstig: No, I need you guys. En zo is het. Die residents hebben je nodig. Voor het ontbijt, de warehouse, de activiteiten, maar vooral voor een gesprek, een lach en een knuffel.

Nogmaals heel veel dank dat jullie het hebben mogelijk gemaakt voor ons om naar Lesvos te gaan, en nogmaals, SPREAD THE WORD! Meld je aan! Het was heel bijzonder in meerdere opzichten en we willen allemaal nog een keer terug om verder te helpen. De situatie daar is namelijk niet binnen afzienbare tijd opgelost. Niet lullen, maar poetsen!

Liefs, Team 165
Pieter, Jojanneke, Els, Joli, Sophie, Julie, Caroline, Marjolijn
dakje met Geef-logo
€ 7.522 opgehaald Het totaalbedrag wordt elke 10 minuten bijgewerkt. Heb je zojuist gedoneerd? Dan kan het kan zo zijn dat je donatie nog niet is opgeteld bij het totaalbedrag. Geen zorgen, het komt vanzelf goed!
van € 10.000
75%
144

donaties

0

dagen te gaan

hart Doneer nu
De opbrengst van deze geefactie gaat naar het goede doel:
shield-iconshield-iconshield-iconshield-iconshield-icon

Delen

Deelnemen
×
Deelnemen aan deze geefactie
Aan wie wil je doneren?
×
Geen profielfoto
Pieter Ottevanger

€ 7.522 opgehaald