Libassa Wildlife Sanctuary - Liberia
In samenspraak met de Forestry Development Authority (FDA) die verantwoordelijk is voor de wouden in Liberia, werd het Libassa Wildlife Sanctuary opgericht. Rudolph en Lisa Antoune doneerden een stuk grond en stonden in voor de bouw en financiering van de eerste 10 verblijven.
De verwezenlijking van het opvangcentrum viel toevallig samen met de herziening van de nationale wet betreffende natuurbehoud in Liberia. In 2016 werd beslist dat vanaf nu strenger zou worden opgetreden tegen het illegaal verhandelen van wilde (beschermde) diersoorten. Met deze nieuwe wet in de aanslag én een plek om de verhandelde dieren naartoe te brengen moest enkel nog iemand gevonden worden om het opvangcentrum op gang te trekken en te runnen. In december 2016 werd de Belgische Julie Vanassche aangenomen om deze taak in Liberia te vervullen.
De eerste dieren kwamen al snel binnen. Het opvangcentrum opende officieel haar deuren op 7 mei 2017. Sindsdien werden 551 dieren binnengebracht en 272 dieren opnieuw vrijgelaten in de natuur! Libassa Wildlife Sanctuary is het eerste en enige opvangcentrum in Liberia (en omliggende buurlanden) dat verschillende diersoorten opvangt die slachtoffer zijn geworden van illegale handel en stroperij. Het opvangcentrum vangt apen, schubdieren, antilopen, (roof)vogels, reptielen en kleine roofdieren op. Wanneer een chimpansee gebracht wordt, wordt zij/hij naar Libera Chimpanzee Rescue and Protection gebracht ( zie www.dierenhulpzondergrenzen.com ) .
Momenteel zitten er 125 dieren in het opvangcentrum waaronder 93 apen van 6 verschillende soorten. Om voor al deze dieren te voorzien zijn ze genoodzaakt om te blijven uitbreiden en verblijven bij te bouwen. Het maandelijkse kostenplaatje bedraagt momenteel € 2100,-- aan voedsel voor de dieren.
De meeste dieren die worden binnengebracht zijn weesjes, aangezien hun ouders werden vermoord voor hun vlees. Dit zorgt ervoor dat het opvangcentrum telkens melkvervangers moet kopen (meestal uit het buitenland) voor veel verschillende diersoorten. Ook hebben de dieren heel vaak medische verzorging nodig wat het totale kostenplaatje alleen maar de hoogte in duwt.
Aan de kant van elke weg staan kraampjes waar bushmeat, soms leven de dieren zelfs nog, wordt verkocht. Voor een kleine krokodil betaal je slechts € 5.—
Liberia is een erg arm land, maar het is dus niet waar dat alle Liberianen wilde dieren moeten eten vanwege armoede en honger. Wat wel een oorzaak is, is de onwetendheid van de bevolking. Aan goede educatie is namelijk een groot gebrek in Liberia. Vanassche: « De lokale bevolking is met het eten van bushmeat opgegroeid, ze weten niet beter. De helft van de bevolking is jonger dan achttien jaar, daarom gaat LWS veel langs bij scholen om voorlichting te geven over natuurbehoud. Wilde dieren zijn niet alleen belangrijk voor het behoud van ecosystemen, ze zijn bovendien goed voor de economie. Toeristen zijn bereid veel geld neer te tellen om wilde dieren in het echt te spotten. Zo proberen ze de jeugd te laten inzien hoe belangrijk het is om wilde dieren te beschermen. Als LWS zich enkel richt op het opvangen van dieren, is het dweilen met de kraan open. De oorzaak moet worden aangepakt.»
Libassa Wildlife Sanctuary doet ook aan educatie en geeft vaak rondleidingen aan scholen of andere enthousiastelingen. Deze toegangstickets vormden een grote bron van inkomsten om het opvangcentrum draaiende te houden. Omwille van de Coronapandemie zijn alle bezoeken weggevallen en is het vaak moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen…
In Liberia zijn nog enkele zeldzame diersoorten te vinden onder meer zebraduikers, dwergnijlpaarden en enkele halfapen zoals de potto's. Verder leven er olifanten en chimpansees. In de natuurreservaten van Liberia grazen de zeldzame dwergbuffels. De illegale handel in wilde dieren in Libera wordt steeds zorgelijker. Er zijn steeds minder wilde dieren en de natuurgebieden worden leger.
Slachtoffers
Behalve voor bushmeat, zijn wilde dieren slachtoffer van de handel voor de traditionele Chinese geneeskunde en de exotische huisdierenmarkt. Cjiese handelaars hebben Liberiaanse jagers in dienst om op olifanten en schubdieren te jagen. Schubdieren zijn ontzettend zeldzaam, maar ook ontzettend gewild: aan hun schubben worden (onterecht) geneeskrachtige eigenschappen toegeschreven. Daarom zijn schubdieren de meest illegaal verhandelde zoogdieren ter wereld. Dus elk gered schubdier telt, om het uitsterven tegen te gaan.
Wilde dieren worden op wrede wijze gevangen. In Liberia zijn er geen regels op het gebied van middelen om te jagen. Jagers gebruiken geweren, wildklemmen, honden en metaaldraden. Dieren worden hierdoor zwaar gewond de opvang binnengebracht. Als een dier vastzit in een klem probeert hij zich los te rukken uit paniek. Hierdoor breken ze makkelijk hun botten, of lopen ze ernstige verwondingen op. Sommige dieren breken hun poten uit paniek. Wilde dieren, zoals civetkatten, worden langs de weg verhandeld.