De traditionele Oliebollenwedstrijd tussen De Maagden en De Lullepotten is in 3-2 zege voor de routiniers geëindigd. Jeugdtrainer Paul Hoekstra, speler van zondag 1 (dus routinier) nam - goed uitgeslapen - gedegen, iedereen op techniek op een zijspoor zettend, twee van de drie doelpunten voor zijn rekening en Sander v.d. Water - de Tank - de laatste, hoewel hij volgens de bejaarde dorpsomroeper op John Hertstein leek. De Maagden, die de avond tevoren in het clubhuis het 2014-feest hadden gevierd, om half zeven 's morgens onder leiding van Wilko Poulie de vloer schoonveegden en dus rond twee uur 's middags met koppies arriveerden ter waarde van nog geen twee euro en dan nog ook nog lef hebben om hun hele familie mee te brengen, stelden er twee treffers van gelegenheidspits Ashwin Meijer (normaal keeper) tegenover. Het waren twee dodelijke schoten waartegen veteraan-doelman Max Havelaar geen verweer had. 'Ik krijg normaal gesproken alleen maar terugspeelballen'.
De wedstrijd ging vooraf aan de nieuwjaarsreceptie, die gebruikelijk altijd gehinderd wordt door ernstige familieverplichtingen, maar in dit geval ook door de totale ineenstorting van De Maagden, die na één lijzig Spaatje hun mandje opzochten. De meesten (gezien hun leeftijd) eenzaam en alléén, met hun duim in de mond, met een knuffel toegestopt door hun moeder (zzzzzz). Kampioen bierdrinker Drs. Wesley Banis, goed voor anderhalve krat solo, als eerste.
Freek van 't Landt ook (jeugdtrainer, zaterdag 1, om zes uur zondagavond al onder zeil, alle dameshoedjes omzeilend, uitgevloerd). Zijn jongere broer Stijn, die voor het laatst voetbalde toen hij acht jaar was, thans internationaal-muzikant, die speelde 's middags de sterren van de hemel en zei na afloop: 'Ik hoor thuis alleen maar dat voetbal een gave is, waarvoor je een by God-given-talent moet hebben, nou, ik zal je zeggen: geen eenvoudiger spelletje dan dit. Ik snapte er weliswaar niks van, maar het is per saldo een peulenschil. Je krijgt een bal, en je geeft 'm af…. Hè,hè, thats all'.
Stijn van 't Landt en de anderen voetbalden mee, omdat de wedstrijd van afgelopen 1 januari in het teken stond van een goed doel. De Maagden lopen namelijk in april 2014 mee met de 10 kilometerrace tijdens de grote marathon van Rotterdam en sprokkelen daarmee geld bijeen voor de Stichting Hartekind, waarvan onze club ambassadeur is. De collectebus ging zodoende na afloop in het clubhuis opnieuw rond en weer was David Jas, doelman van ons G-team, de grote inzamelaar. Hij kan dat immers als de beste. En als het straks eenmaal zover is verwachten wij u allen op de Coolsingel, wat niet meer dan logisch is.
Er was ook nog een klein rijmpje: een ode aan de gezelligheid van ons clubleven in relatie tot de gevaarlijke Hazelaarweg. Een onderdeel van de nieuwsjaarspeech van duo-voorzitter Jan D. Swart. Dat gedichtje ging als volgt:
Ik zat daar aan de bar
En Max, die stond er achter
Koffie? - vroeg hij, heel bizar
En zette de muziek wat zachter
Max, kom op, gewoon een pekel
Na een uur waren dat er vier
Want aan drie heb ik een hekel
en twee is geen plezier
Affijn, het wordt weer feest
Lachen, gieren, brullen
dus lichtelijk bevreesd
en dat mag ik best verhullen
terwijl Freek voost met een zwart gehoed blond meisje
en Piet denkt: nou nog ééntje dan
terwijl Philippe rondgaat met zijn lijstje
en Banis twitterend doorzuipt met elan
zet Max de muziek toch maar weer wat zachter
zodat hij Jacobs horen kan
en ondertussen gaat die Freek steeds on-door-dachtiger
op in zijn roman
En dan besluit ik te gaan rijden
Gesterkt treft mijn oog de klok
Dus terwijl Freek droomt over de pinksterweide
Zit ik tien minuten later in het arrestantenhok
Normaal moet ik een half uurtje sturen
Maar bij VOC gaat het al mis
ineens verschijnen er twee van die figuren
heel eng, vanuit de duisternis
Ze verzochten mij te blazen
Het was inmiddels half twee
ze hadden me te grazen
Gelijk die politieauto in, en mee
De één was travestiet, de ander gay
Ik was een uur in lichterlaaie
En waar Max was, geen idee
Nou ja, hij reed strak voorbij en dacht: ik ga niet zwaaien